All

Object Rotterdam is de grootste designbeurs van Nederland. Naast een plek om praktische interieurproducten en kunstzinnige pronkstukken te scoren, kun je er ook aanstormend talent spotten. Voor het twaalfde jaar op rij presenteert organisator Anne van der Zwaag een brede selectie van avontuurlijke interieurlabels en gevestigde ontwerpers op deze driedaagse beurs in het monumentale HAKA gebouw in Rotterdam, dat aanstaande vrijdag t/m zondag dagelijks is geopend van 11 tot 18u. En net als voorgaande jaren is het weer de vraag: is dit de laatste keer in dit prachtige modernistische gebouw?

Een vaste traditie is inmiddels ook de presentatie van net afgestudeerde talent van de diverse kunstacademies, dit jaar maar liefst 25 personen sterk. Deze jonge ontwerpers staan bewust niet op een aparte afdeling maar worden verspreid over de beurs gepresenteerd. Deze talenten vormen bovendien een dwarsdoorsnede van het aanbod op Object Rotterdam – praktisch, kunstzinnig en ambachtelijk. Met als opvallende trend: jonge ontwerpers laten zich inspireren door alledaagse voorwerpen, materialen en vormen.

Om te dragen

De TIE-ME UP ringen van Janne Wieringa zijn geïnspireerd op de plastic tie-rips. Deze supersterke treksnoeren zijn immers een van de meest alledaagse en praktische dingen te verbinden – van eigentijdse handboeien door de politie tot de doe-het-zelver die even snel een afvoerppijp wil vastmaken. Door de plastic bandjes uit hun bestaande context te halen en te verheffen tot draagbaar sieraad, ontstaat een geheel nieuw type pronkstuk waarin hun oorspronkelijke functie weliswaar in tact blijft maar een meer poëtische symboliek.

Elk object is met de hand gemaakt in edelmetaal. Op deze manier worden deze bandjes, die vaak als waardeloos worden ervaren, zeer waardevol. Hun tijdelijke karakter krijgt een blijvende betekenis en iets dat ooit voor de massa is geproduceerd, verandert in een uniek stuk. De collectie is voor mannen als vrouwen. Het zet je aan het denken over de moderne modaliteiten van identiteit, traditie, materiaal, tijd, waarde, massaproductie en reproductie.

Om zelf te maken

Doe-het-zelf-zelf van Michiel de Jong is geen stoel maar een instructiemodel aan de hand waarvan echt iedereen zelf een stoel kan maken. Het ‘collectie’ bestaat uit twee stoelen, een handleiding en een website. Ook vind je hier tips en trucs en natuurlijk een lijst met het benodigde gereedschap. Om het toegankelijk te houden zijn de stoelen uitsluitend gemaakt van materiaal wat standaard bij de bouwmarkt te koop is, zoals bezemstelen, triplex, schroeven en houtlijm. Het duurt ongeveer drie uur om een stoel te maken en de materiaalkosten zijn 36,36 euro.

Op de aparte website (zie HIER) staat een heldere instructievideo waarin een vrouwelijke senior aan de slag gaat. Echt iedereen kan het, is de nogal stereotype boodschap. Het stoeltje ziet er in elk geval wél origineel uit. Daarbij, het is niet alleen goedkoper dan een IKEA-stoel maar ook makkelijker en vooral ook veel leuker! En anders kun je een kant-en-klaar exemplaar kopen van de ontwerper. Dan is de stoel wel een stuk duurder.  

Om naar te kijken

Iedereen kent het, toch? Een kast waar al het servies in opgeborgen is waarvan eigenlijk alleen de eerste vier borden of kommen echt worden gebruikt. Terwijl de anderen stof vangen. In het afstudeerwerk aan de HKU vergroot Maribel Beekman de sierfunctie van het servies. De kast wordt letterlijk een collage van aardewerk. Een boek ligt open schaal, een bord is een plank voor sleutels. Je kunt niet meer van het bord eten, de mok kan niet meer rechtop gezet worden. Het servies is uniek geworden, gestold als kunstwerk.

Maribel Beekman studeerde vorig jaar af aan de HKU en ontwerpt op het snijvlak van beeldende en toegepaste kunst. Ze werk intuïtief; de uitkomst van het maakproces ontstaat geleidelijk en speels. De esthetische keuze is daarbij even belangrijk als de functionaliteit van het product. Al ogen haar ingenieuze objecten toch meer als kunstige pronkstukken dan alledaagse gebruiksvoorwerpen.

Object Rotterdam. Van vrijdag 10 t/m zondag 12 februari van 11 – 18 uur. Entreekosten: €16,50