Nieuws

PANELGESPREK HOUTBOUW – “Architecten moeten ook nadenken over de sloop van gebouwen”

“De transitie van de bouwsector is begonnen. En het is nog leuk ook!” Peter van Assche architect en oprichter van Bureau SLA zet meteen de optimistisch toon tijdens een expertmeeting in het kantoor van BLOK Plaatmateriaal in Beverwijk. Ook aan tafel zitten onderzoeker Bob Geldermans van de faculteit Bouwkunde aan de TU Delft en Dirk van Deursen, innovatie-adviseur bij de brancheorganisatie CBM. Het gesprekonderwerp is urgent: de Nederlandse bouwsector staat voor een van de grootste uitdagingen uit haar bestaan. Er is een blijvend grote vraag naar goede en betaalbare woningen: tot 2030 ongeveer 80 duizend per jaar. Tegelijk moet de bouwwereld, die verantwoordelijk voor is maar liefst 40 procent van de co2-emissie, verduurzamen. Deze noodzakelijke transitie is dus begonnen, daarover zijn de drie experts het eens. De vraag is alleen: hoe gaat die transitie eruitzien?

Economisch voordeel

“Biobased bouwmaterialen zullen een grote rol spelen in deze klimaatopgave. Dat zijn ecologische materialen als vlas, karton en hennep maar vooral hout”, zegt Geldermans. Nu nog is cement, na water uiteraard, de meest gebruikte grondstof in de bouw. Dat kan in veel opzichten worden vervangen door hout. Waar cement en beton een hoge co2-emssie hebben, wordt dat door hout juist opgeslagen tijdens de groei. “Een houten gebouw kan dus co2-uitstoot dus zelf verlagen.” Architect Van Assche vult aan: “Bij gebruik van prefab bouwelementen als plaatmateriaal wordt de bouwtijd verkort. Ook wordt de overlast van verkeer en geluid beperkt, wat in stedelijke omgeving van groot belang is. Bovendien is hout lichter en kan met eenvoudige middelen in elkaar gezet worden, wat de foutmarges in het bouwproces vermindert. Uiteindelijk zal ook de kostprijs van een woning hierdoor dalen.”

Dat economische voordeel van hout zal zich nog versterken, voorspelt Geldermans. Immers, de Nederlandse heffing op co2-emissie gaat de komende tien jaar stijgen van 30 euro naar wellicht zelfs 125 euro per ton. Door deze verhogingen zullen ook de prijzen van co2-intensieve bouwmaterialen omhooggaan: gewapend beton wordt tot 30 procent duurder en bij sommige soorten cement is dat zelfs een verdubbeling. Hoewel ook hout duurder wordt, deels als bijeffect van Corona, gaat die stijging minder snel. Oftewel: “Houtbouw wordt ook financieel steeds aantrekkelijker.”

Ruwe grondstoffen

Naast de co2-vermindering staat de bouw voor nog een belangrijke klimaatopgave: het terugdringen van de afvalberg. De Nederlandse bouwsector is verantwoordelijk voor meer dan de helft van al het afval. Driekwart van dat afval is steenachtig puin, waarvan slechts 2 procent wordt hergebruikt als vervanger van grind in nieuw beton. “Maar ook hout is een van de drie voornaamste afvalstromen”, zegt Van Deursen van brancheorganisatie CBM. “Daarvan is B-hout het grootste deel. Dat is hout dat nu nog wordt verbrand voor energieopwekking. Dat kan ook worden verwerkt tot houtvezels, wat een goede grondstof is voor plaatmateriaal.”

Recyclen is duur, met name voor het MKB. Bedrijven als BLOK Plaatmateriaal komen steeds moeilijker van hun afvalstromen af en betalen daar geregeld het dubbele of zelfs drievoudige voor dan grote spelers, aldus van Deursen. “Daarom ontwikkelt CBM een slim logistiek systeem waarbij lege plekken in vrachtwagens worden gevuld met houtafval, wat bij de verwerking van plaatmateriaal al gauw 15 procent is. Het voordeel hiervan is minder leegrijden, minder voorrijkosten en beter gesorteerde houtafvalstromen die daardoor een hogere waarde krijgen voor de recycling. Een relatief kleine ingreep kan zo al een enorme kostenbesparing én verduurzaming betekenen.”

Gevels van afvalplastic

Het klinkt zo simpel, duurzaam en circulair bouwen, maar de praktijk is weerbarstig. Van Assche: “De bouwsector is traditioneel. Wat gisteren goed werkte, doen wij het liefste vandaag op dezelfde manier. Maar inmiddels beseft bijna iedereen: hoe wij het gisteren deden, werkt eigenlijk niet meer. Er komt ruimte voor experiment.” Met zijn Bureau Sla bevindt Van Assche zich in de architectonische voorhoede. Zo bouwde hij al eens het tijdelijke People’s Pavilion in Eindhoven met een gevel van afvalplastic dat de inwoners zelf inzamelden. “In architectuur werd alleen nagedacht over hoe een gebouw zo lang mogelijk meegaat. Niet over hoe je het vervolgens ook moet slopen. Terwijl daar een enorme verduurzaming mogelijk is. Want als je van het ene gebouw weer een ander gebouw kunt maken, of een meubel of ander product, dan gaan er geen grondstoffen verloren.”

Peopls’s Pavilion van bureau SLA – we are architects

Van Deursen vult aan: “Gebouwen moeten zo worden ontworpen dat er zo min mogelijk materialen worden gemengd. Eigenlijk zoals er honderd jaar geleden ook werd gebouwd. Een gebouw van baksteen kun je bijna geheel demonteren. Maar nu worden overal plaat- en isolatiematerialen verlijmd en gekit.” Al worden ook daarin grote stappen gezet in de recycling. “Het is nu al mogelijk om fineer en kunststof plaatmateriaal te verwerken tot grondstof voor verf en andere industriële toepassingen.”

Snelgroeiend bamboe

 Maar als het aan Geldermans ligt, gaat de innovatie nog een stap verder dan ontwerpen en bouwen met gescheiden afvalstromen in het achterhoofd. “Wat als grondstoffen als hout niet langer worden verkocht aan aannemers en daarmee aan ontwikkelaars? Wat als de leverancier verantwoordelijk blijft voor het recyclen ervan als de levenscyclus van een gebouw is afgelopen? Met nieuwe eigendomsmodellen als het leasen van de grondstoffen kan circulaire gebouwen in een stroomversnelling raken.” 

De totale houtproductie in Nederland is ongeveer 100 duizend kubieke meter, waarmee ongeveer vierduizend woningen in houtskeletbouw kunnen worden gerealiseerd. Amper 4 procent van het gewenste bouwvolume dus. De vraag is dan ook of de houtproductie de stijgende vraag wel aan kan? “Dat is absoluut een uitdaging”, beaamt benadrukt wetenschapper Geldermans. “Maar het kan. In tegenstelling tot staal en beton zijn biobased materialen relatief snel hernieuwbaar. Bamboe kan tot wel een meter per dag groeien. Overige biobased materialen als vezels, isolatiemateriaal, bindmiddelen en lijmen kunnen gewonnen worden uit afval uit de landbouw. Bij de productie van hout is nauwelijks verspilling, want elk onderdeel van een gerooide boom kan worden gebruikt.” Daarbij, hout is maar een van de oplossingen. “Wij hebben in Nederland een lange en rijke traditie in bouwen met baksteen. Dat zou zonder zijn om niet daarvan te profiteren. Maar de balans met hout en andere biobased materialen moet gelijkwaardiger.”

The Arc, een school van bamboe op Bali, Indonesië

Hout heeft goede kaarten

Alleen met samenwerking van gehele bouwketen kan de transitie worden voltooid. Daarover zijn de drie experts het roerend eens. “Te lang is lineair gedacht. Dat verandert langzaam naar een circulaire co2-neutrale economie, waarin afval een grondstof kan zijn”, aldus Van Deursen van branchevereniging CMB. Zelfs wetenschap en innovatie sluiten steeds beter aan bij de praktijk. “De noodzaak wordt gevoeld. En hout heeft goede kaarten.”

Tot slot wil architect van Assche nog één belangrijk aspect van hout als bouwmateriaal benadrukken. “We hebben het nu vooral gehad over de economische en circulaire voordelen van hout. Maar het is ook een fantastisch materiaal om mee te werken. De isolerende waarde is wel vijftien keer hoger dan van beton en zelfs vierhonderd keer hoger dan van staal. Het is zelfs brandwerend.” Maar vooral: “Hout leeft. Uiteindelijk voelen wij ons toch veel prettiger in een leefomgeving van hout dan in beton.”

  • Peter van Assche is architect en oprichter van Bureau SLA. Met innovatieve en duurzame projecten als Noorderparkbar (geheel vervaardigd van bouwmateriaal van Marktplaats) en People’s Pavilion (een gevel van gerecyclede plastic) won het Amsterdamse architectenbureau onder meer een prestigieuze Dutch Design Award en de ARC 2018 Innovation Award. Van Assche is aangesteld als lector “Architecture & Circular Thinking” op de Academie van Bouwkunst in Amsterdam en is daarnaast verbonden aan de Hochschule Erfurt (Duitsland) en Cornell University (NY, Verenigde Staten).
  • Dirk van Deursen is innovatie-adviseur bij CBM, de branchevereniging voor de interieurbouw en meubelindustrie met onder meer interieurbouwers, woonmeubelfabrikanten en toeleveranciers van halffabricaten. In totaal vertegenwoordigt CBM ongeveer vijfhonderd leden. Van Deursen is verantwoordelijk voor de coördinatie en kennisoverdracht op gebied van innovatie en duurzaamheid. Hij wordt gedreven door het maatschappelijke doel en de impact (Sustainable Development Goals) van innovatie.
  • Bob Geldermans is onderzoeker aan de faculteit Bouwkunde van de TU Delft. Hij focust zich op regeneratieve bronsystemen voor de gebouwde omgeving. Oftewel: hoe kan er circulair en energiebewust worden gebouwd? Dat vraagt om een holistische visie op gebied van grondstoffen en bouwmaterialen, voedsel, afval en water.
Peter van Assche

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *