All

Design Digger blikt terug op een turbulent design-decennium. In de jaren tien gaven de avontuurlijke en kunstzinnige ‘Dutch Designers’ het stokje over aan een aanstormende post-crisis ontwerpgeneratie met een focus op maatschappelijke thema’s als zorg, het klimaat en inclusiviteit. De 3D-printer kwam, zag… maar overwon vooralsnog niet. En na een krachtige retro-beweging eindigen de jaren tien toch uitbundig met innovatieve materialen en expressieve kleuren.

Overdaad  in Cube

De tentoonstelling Luxe? Veranderende verlangens in designmuseum Cube in Kerkrade is een kritische verkenning van het moderne genieten. Van dat wat we niet echt nodig hebben maar waar we ook niet zonder kunnen. Dat diepgevoelde menselijke verlangen naar schoonheid en de wil om ons te onderscheiden van die ander. Van luxe dus.

Aan de hand van meer dan tachtig objecten worden de nieuwe economische en ethische grenzen van luxe afgetast. Handmatig vakmanschap is schaars geworden. Materiële perfectie kan tegenwoordig veel sneller worden gerealiseerd door nieuwe digitale of gerobotiseerde productietechnieken als 3D-printen en computergestuurde weefgetouwen. Maar wat is nog echt authentiek in een wereld van nepnieuws en slimme materialen met natuurlijke eigenschappen, zoals glanzende witte kunststof die net als ivoor dor de tijd verkleurd. Nieuwe ‘luxe-problemem’ doemen op door milieubelasting en groeiende welvaartsongelijkheid.

Kortom: de luxe van morgen zou er nog wel eens heel anders kunnen uitzien dan die van vandaag. Door thema’s als ongelijkheid in de wereld, een eindige bron van grondstoffen en een alsmaar veranderend tijdsbeeld stelt Luxe de vraag of ons traditionele beeld van luxe nog wel houdbaar is. 

Luxe? designmuseum Cube

Drift triomfeert in Stedelijk

De museale design-blockbuster dit jaar is Coded Nature, de eerste museale solotentoonstelling van Studio Drift in het Stedelijk Museum Amsterdam. De zomerexpositie trekt meer dan 350 duizend bezoekers. Studio Drift verpakt een hoogst actuele boodschap – welke rol mag technologie spelen in onze samenleving? –  in prikkelende installaties, soms ronduit spektakelstukken.

Centre piece is een rechthoekig betonblok van vier bij twee meter dat vrij door een kale witte ruimte zweeft, en daarbij tergend langzaam om zijn as kantelt. In al zijn raadselachtige eenvoud is Drifter een overrompelend kunstwerk. Hoe doen ze het, een betonblok laten zweven? Ook eerdere werken zijn een spannend duet van technologisch vernuft en natuurkrachten, zoals hun prille werk Fragile Future, een geometrische constructie van ledlampjes voorzien van een paardenbloempluis.

Minder delicaat en bescheiden is het latere werk Shylight (2012), een hanglamp met als kap een tule van wit zijde die als een jojo aan het plafond danst. Als de lamp valt, opent de kap zich als parachute waardoor deze meer licht doorlaat. Sommige lampen vallen snel en zelfverzekerd, andere vallen nogal schokkerig, bijna verlegen, shy kortom. Daardoor lijken ze op levende wezens – lichtgevende kwallen bijna die dansen in een zeestroom.

Studio Drift

Wat Coded Nature extra bijzonder maakt: de tentoonstelling moest in relatief korte tijd worden gemaakt. Aanvankelijk zou in de acht bovenzalen van het Stedelijk Museum een grote overzichtsexpositie van de Italiaanse postmodernist Ettore Sottsass te zien zijn, maar deze werd na tegenwerking van de erven-Sottsass in januari afgelast. Maar de keuze voor Studio Drift is geenszins een noodgreep, verzekert conservator Ingeborg de Roode. “Sinds de aankoop van een groot werk uit de Fragile Future-serie in 2015 is het museum al met hen in gesprek.”

Joseph Grima nieuwe directeur Design Academy

Joseph Grima (1970) wordt de – eerste buitenlandse! – creatief-directeur van de Design Academy Eindhoven. Hij zet daarmee de inhoudelijke koers uit van deze “school waar je niet leert ontwerpen maar waar design zelf wordt ontworpen”, aldus de kersverse directeur zelf. Grima is is een invloedrijk design- en architectuurcriticus. Hij was hoofdredacteur van het vermaarde architectuurblad Domus en curator van de architectuurbiënnale van Chicago, het belangrijkste Amerikaanse architectuurevenement.

Joseph Grima

De eerste keer dat Grima naar buiten treedt als creatief-directeur van de Design Academy Eindhoven is met de expo Born at Night in De Kazerne in Eindhoven. Te zien zijn producten en prototypes vervaardigd op de gigantische elektronicamarkt in de Chinese industriestad Shenzhen. Daar sleutelen in de avonduren informele teams van techneuten, fabriekswerkers en gebruikers daar aan nieuwe elektronische producten, die de volgende dag meteen op dezelfde markt worden aangeboden.

“Deze expositie is in de eerste plaats een provocatie”, aldus Grima. Dat past wel in de kritische traditie van deze eigenzinnige academie, toch? De zelfverzekerde overtuiging dat alleen ontwerpers weten was goed design is, kan innovatie juist remmen. Het systeem van proberen, falen, opnieuw proberen, succes en dan toch weer falen op de markt in Shenzhen, kan een inspirerend voorbeeld zijn. De opvatting dat de iPhone het summum van goed design is, wil ik ter discussie stellen.” Waarvan akte.

Plastic is fantastic

Decennialang was het taboe. Maar plastic mag, nee móet weer. Want de oceanen zitten er vol mee. Het aantal meubels van zeeafvalplastic was dan ook niet te tellen – ook al omdat ze zo op verschrikkelijk elkaar lijken. Altijd maar weer datzelfde granulaat van brokken smeltplastic. Terwijl afval best mooi en origineel kan zijn; zo maakten ontwerper Diederik Schneemann en fotograaf Aldwin van Krimpen prachtige stillevens van afvalplastic uit de Rotterdamse haven, opgemaakt als kostelijke gerechten. Een onmisbare inspiratiebron voor al dat fantasieloze recyledesign.

Maar ook fonkelnieuw design is steeds vaker van plastic. Er zijn immers tal van milieuvriendelijk bio-plastics op de markt. Het is nu een materiaal dat zich eenvoudig laat verwerken en bovendien sterk en relatief goedkoop is. Voor het Italiaanse designlabel Plank bedacht de Duitse ontwerper Konstantin Grcic, een meester is het plooien en kneden van welk materiaal dan ook, een kuipstoel volgens het principe van de kunststof reiskoffer. De lichtgewicht kuip met een eigentijdse retro-look wordt met een handig kliksysteem op het metalen frame geklikt. Daar kan geen hout aan tippen. 

Konstantin Grcic

Milan Design Week

De crisis is echt voorbij. Dus is het feest op de 57ste editie van de Design Week in Milaan is kleur. Niet alleen vanwege de caleidoscopische kleurexplosie van knalgele lampen, hemelsblauwe stoelen, lentegroene kasten en felrode tafels. Feest is het vooral in de Bar Anne, waar– tussen speels Dutch design – tot diep in de nacht wordt gedanst op een lichtshow van Children of the Light. Dit vrolijke initiatief van Anne van der Zwaag heeft geen vervolg gekregen. Misschien was het er iets té gezellig…

Een opvallende presentatie is ook van het designcollectief Dutch Invertuals, dat een voorschot op de de toekomst neemt door jonge ontwerpers uit te nodigen om objecten te maken die aansluiten bij het Antropoceen, het naderende tijdperk waarin al het natuurlijk leven is beïnvloed door de mens. Met schalen met een mostkorst van roest, grove vazen gekleid van chemisch afval of een hangkast die is gevlochten van afvalplastic, dat over honderden jaren wordt opgegraven als een kostbare delfstof.

Dutch Invertuals

Visionair is vooral de befaamde trendvoorspeller Li Edelkoort met haar Softwear voor Google. Technologie is geïntegreerd in alledaagse gebruiksvoorwerpen en daarmee in ons dagelijks leven. De nieuwe thuiscollectie van 3D-brillen, tablets en andere tech-snufjes van de Amerikaanse internetreus hebben allemaal een oppervlak van textiel en zijn uitgevoerd in al even zachte tinten als beige, roomwit, of fletsblauw. Om de aaibaarheid van de Google hardware te benadrukken vroeg Li Edelkoort ontwerper Kiki van Eijk om een serie wandkleden waarop de apparaten figureren.

Softwear by Li Edelkoort

Koe, brug en kerk winnaars Dutch Design Awards

De opvallende winnaar van de Dutch Design Awards is dit jaar de Zaligebrug van Next Architects uit Amsterdam. Deze brug over, of beter gezegd in de uiterwaarden van de Waal bij Nijmegen is onderdeel van de herinrichting van het Nederlandse rivierlandschap. Deze herinrichting is een gevolg van de toenemende waterdruk, waarbij deze uiterwaarde in de Waal is aangewezen als een flexibel waterreservoir. Delen van de Zaligebrug kunnen bij verhoogde waterstand onderlopen, waarmee de brug min of meer meebeweegt met de natuur en het klimaat.

Zaligebrug van Next Architects

Ook onderscheiden met een International Jury Award is Cow & Co, een speculatief project waarbij een koe een zelfstandig bedrijf wordt. Het methaangas uit de poep wordt gebruikt als energiebron voor de melkrobot. De koeien grazen in vrij parken en eilanden; de consument kan met een app de dichtstbijzijnde koe traceren en daar melk bestellen.

Cow & Co

De derde onderscheiding is voor een website met informatie over dertien openbaar toegankelijke kerken en synagogen in Nederland, een project van museum Catharijneconvent en ontwerpbureau Fabrique. Dat de internationale beschouwing van Dutch design resulteerde in een ietwat clichématige top drie van een koe, een waterkering en kerken is een bewuste keuze, aldus de vierkoppige internationale jury. “We willen laten zien hoe Nederland omgaat met globale vraagstukken als klimaat en religie.”

Fabrique

De Dutch Design Awards kregen dit jaar een nieuwe opzet; in mei zijn door een Nederlandse jury in elk van de acht categorieën (waaronder product, communicatie, mode en talent) telkens drie winnaars gekozen. Uit deze 24 ontwerpen koos een  internationale jury van journalisten, museumcuratoren en ontwerpers dit weekeinde drie winnaars, waarbij een voorkeur werd uitgesproken voor de Zaligebrug.

Wonderbrug van Joris Laarman

Maar de brug die dé publiekslieveling is van het publiek op de Dutch Design Week is de 3D-geprinte metalen brug van MX3D, een start-up waarin ontwerp Joris Laarman het gezicht. Hij is ook de bedenker van de sierlijke art deco-achtige vormen van deze voetgangersburg. De vorm is gebaseerd op basis van constructieve calculaties met hightech software; waar de brug meer gewicht moet dragen, is de constructie dikker en steviger.

Opvallend aan het innovatieve hoogstandje is de nuchtere – zeg maar Hollandse – benadering van technologie als een handig gereedschap voor praktische en toch bijzondere ontwerpen. Waarmee de productie zich onderscheidt van het traditionele 3D printen is dat er wordt gewerkt volgens het ‘printing outside the box’ principe met 6-assige industriële robots die zich vrij door de ruimte bewegen. Het is de bedoeling dat de brug in ergens in dit nieuwe decennium geplaatst zal worden over een van de  Amsterdamse grachten.